schrijfsels&ontwerpjes

woensdag 17 oktober 2012

Mea Culpa

Links heeft helemaal geen nieuw verhaal nodig!


Mea culpa, mea culpa, mea culpa. Ik geef het toe, dat rechts de voorbije verkiezingen gewonnen heeft is mijn schuld.

Laat me mezelf even voorstellen, ik ben de gemiddelde linkse medemens. Ik ben sociaal begaan, streef naar een eerlijke verdeling van inkomsten, wil zorgen voor een duurzame toekomst met respect voor de natuur. Ik geloof niet in doemscenario's waarbij de volgende generatie het onvermijdelijk slechter zal hebben dan de onze, in een wereld waar extreme rijkdom nog nooit zo snel groeide, nota bene!

Ik wéét dat een rechtvaardige verdeling van belastingen, waarbij de kapitaalkrachtigen, maar ook de kapitaalkrachtige bedrijven hun deel eerlijk bijdragen en niet alles wegsluizen via achterpoortjes, op termijn de énige manier is om het leven van iederéén aangenamer te maken. Ik besef echter ook dat dit een werk van lange adem zal zijn, dat ze waarschijnlijk niet zonder slag of stoot zullen toegeven en erger nog,... dat ze over de (financiële) middelen beschikken om de publieke opinie te bespelen in hun voordeel. Ik besef dan ook dat om die termijn te overbruggen, ik spijtig genoeg waarschijnlijk enkele jaren langer zal moeten werken tot aan mijn pensioen. Ik doe dat niet graag, maar ik zal dat wel doen, omdat ik hoop dat we er op termijn allemaal beter van worden.

Ik geloof niet in een “verloren generatie”. Ik ben ervan overtuigd dat criminaliteit, depressie, burn-out, vereenzaming en andere moderne kwalen voor een groot deel te wijten zijn aan een samenleving die systematisch mensen uitsluit. Ik heb zelfs de cijfers om dat te bewijzen.
Ik vertel een verhaal dat door veel mensen geloofd wordt. Waar de meerderheid van de bevolking zich in kan vinden en waar ze achter staan. Ik geloof in waarden als solidariteit, eerlijkheid en rechtvaardigheid die door iedereen begrepen en geapprecieerd worden. Peilingen naar inhoud en niet naar partijnaam geven onvermijdelijk een overwinning weer voor mijn ideologie.

Bovenal besef ik dat de schuld van alles niet bij “de anderen” ligt. Ik besef dat om een rechtvaardiger wereld te bouwen, ook ik zal moeten veranderen. Introspectie, heet dat met een mooi woord, daar ben ik goed in. Ik besef dat om vooruit te gaan, we allemaal vooruit moeten, dat iedereen daar aan mee moet werken. Dat we mensen die dat niet kunnen, niet achterlaten, maar helpen zodat ze dat op een later moment wél kunnen. Ja, ik geloof in een “voor wat hoort wat” verhaal. Links zijn is geven en nemen, maar niet noodzakelijk in die volgorde. Zo werkt het leven immers niet. Niet iedereen heeft de kans om eerst te geven en dan pas te nemen. Ik baseer me op vertrouwen. Vertrouwen dat mensen die geholpen worden en die weten waar die hulp vandaan komt, later zelf hun best zullen doen om anderen te helpen, meer zelfs, dat ze dat met plezier zullen doen.

Allochtonen die geholpen worden met hun taalachterstand (nemen) zullen zich beter integreren (geven). Werklozen die actief begeleid worden (nemen) zullen sneller aan een job geraken en zo de economie steunen (geven). Zieken die de juiste verzorging krijgen (nemen) zullen beter worden om op een actieve manier deel te nemen aan onze samenleving (geven). Jeugdbewegingen die lokalen krijgen (nemen) zullen zorgen dat onze jeugd van straat blijft (geven).

Maar dan zijn het verkiezingen en die verlies ik, keer op keer. Steeds weer volgt er dan een periode van “herbronning”, het nadenken over een “nieuw verhaal”. Ook nu gaan die stemmen weer op, maar deze keer zet ik mijn voet ervoor.

“Links heeft géén nood aan een nieuw verhaal!”

Punt.

Er is niets mis met ons verhaal. Dat bewijzen die peilingen waar ik het over had. Hoe leg je dat op een redelijke manier uit, trouwens, “we hebben nood aan een nieuw verhaal”? Links schrijft een verhaal, links verliest verkiezingen, links moet een nieuw verhaal schrijven? Dat gelooft toch geen hond. Gaan we dan een verhaal schrijven dat niet meer links is, of juist nog linkser? En als je dat verhaal dan uiteindelijk geschreven hebt, ben je dan nog links?
Als er één ding is waar links op deze moment absoluut géén nood aan heeft, dan is het wel een nieuw verhaal. Meer nog, nieuwe verhalen zijn de oorzaak van slechte verkiezingen, niet het logische gevolg ervan.

Neen, het feit dat we verkiezing na verkiezing verliezen heeft een heel andere oorzaak. Het ligt aan mij, de gemiddelde linkse militant. En ik geef dat grif toe, ik wil me er dan ook oprecht voor verontschuldigen, niet alleen bij mijn partijgenoten, maar bij de hele bevolking.

Ik ben vergeten hoe ik een verhaal moet vertellen. Ik ben gemakzuchtig geworden. Ik dacht dat iedereen me nu wel kende, dat ze wisten dat ik bij “de goei” hoorde. Ik ben daarom gaan rusten. Ik heb me omringd met gelijkdenkenden en houd me daar bezig met discussies waarin we mekaar gelijk geven over hoe onze ideologie de enige rechtvaardige is. Ik doe dat ook gewoon heel graag. Ik ga graag naar congressen, spreekavonden, voorstellingen. En na het finetunen van onze ideologie, het verschuiven van punten en komma's in ons algemene verhaal, hang ik gezellig aan de toog met gelijkgezinden en begin te klagen over hoe erg het is dat we ons verhaal aan de straatstenen niet kwijtraken. Die straatstenen zelf heb ik al in geen jaren meer gezien.

Ik ben vergeten dat een verhaal vertellen hard werken is en dat het niet ophoudt wanneer mensen je een keertje geloofd hebben. Ik ben vergeten dat een links verhaal van solidariteit moeilijker te verkopen is dan een rechts lulverhaal van “het is allemaal hun schuld, maar ik ben goed bezig.” Ik ben vergeten dat “de basis” niet die mensen zijn die een partijkaart gekocht hebben, maar de mensen die er géén hebben. Door alle tijd die ik investeer om te preken in mijn eigen kerk, ben ik vergeten om de mensen die op straat ronddwalen binnen te vragen. Zo heb ik ervoor gezorgd dat ze opgevist worden door een ander. Niet omdat ze daar noodzakelijk beter van worden, maar omdat ze ten minste het gevoel hebben dat er daar naar hen geluisterd wordt.

Maar dit was wel de laatste keer. Ik ben wakker. Ik weet nu wat er gedaan moet worden. Niet het schrijven aan een nieuw verhaal, maar het vertellen van dat verhaal. Overal, altijd. Niet alleen aan mensen die het willen horen, maar eerst en vooral aan zij die het nog niet kennen. Niet op lezingen, congressen en conferenties, maar op café, op de voetbal, OKRA, de biljartclub of de wielertoeristen. Op de straatstenen, daar wil ik mijn verhaal kwijt. Omdat het de mensen aanbelangt die elke dag op die straatstenen staan. Omdat ik overtuigd ben van mijn verhaal en omdat ik anderen daarvan wil overtuigen.

Omdat ik links ben. Omdat ik “de goei” ben.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten